Koopkrachtontwikkeling personen; huishoudenskenmerken
Gewijzigd op: 12 september 2024
- Lijngrafiek
- Verticale staaf
- Horizontale staaf
- Let op: selectie wordt aangepast
Grafische presentatie
Delen
Gekopieerd naar klembord
- Tabeltoelichting
- Onderwerpen/classificaties
Tabelinformatie
Koopkrachtontwikkeling personen; huishoudenskenmerken
INHOUDSOPGAVE 1. Toelichting 2. Definities en verklaring van symbolen 3. Koppelingen naar relevante tabellen en artikelen 4. Bronnen en methoden 5. Meer informatie 1. TOELICHTING De tabel bevat gegevens over de dynamische koopkrachtontwikkeling van personen bij gelijke overgangen. Dit betekent dat de koopkrachtontwikkeling alleen getoond wordt voor een bepaalde categorie personen, waarbij een kenmerk in beide jaren hetzelfde is. Bijvoorbeeld in beide jaren voornaamste inkomen werknemer. Personen worden onderscheiden naar kenmerken van het huishouden als samenstelling huishouden, leeftijd, voornaamste inkomensbron, woningbezit en inkomensgroepen. De gegevens hebben betrekking op alle personen in particuliere huishoudens met inkomen, per 1 januari van het verslagjaar. Gegevens beschikbaar vanaf: 2012. Status van de cijfers: De cijfers over de jaren 2012 - 2022 zijn definitief. De cijfers over 2023 zijn voorlopig. Wijzigingen per 12 september 2024: De cijfers over 2022 zijn definitief gemaakt. De voorlopige cijfers over 2023 zijn toegevoegd. Wanneer komen er nieuwe cijfers? De nieuwe cijfers komen in september 2025 beschikbaar. 2. DEFINITIES EN VERKLARING VAN SYMBOLEN Definities: Koopkracht Het gestandaardiseerd besteedbaar huishoudensinkomen gedefleerd met behulp van de consumentenprijsindex, waardoor inkomens in de tijd vergelijkbaar worden. Indien het gestandaardiseerde inkomen sterker stijgt dan de prijzen, neemt de koopkracht toe. De koopkracht wordt gebruikt om de (reële) ontwikkeling van het inkomen vast te stellen, maar kan ook worden gebruikt voor het vaststellen van (ontwikkelingen in) welvaartsverschillen tussen huishoudens. Dynamische koopkrachtontwikkeling De ontwikkeling van de koopkracht van een persoon, berekend als de voor prijsverandering gecorrigeerde verandering van het gestandaardiseerde huishoudensinkomen. De dynamische koopkracht kan door allerlei oorzaken veranderen. Het inkomen verandert bijvoorbeeld door een algemene of periodieke loonsverhoging, promotie, het aanvaarden van (ander) werk en pensionering. Ook wijzigingen in de huishoudenssamenstelling (een kind gaat het huis uit, partners gaan uit elkaar, enz.) leiden tot een inkomensverandering. In de dynamische koopkrachtontwikkeling zijn al deze veranderingen verdisconteerd. Verklaring van symbolen: niets (blanco) : het cijfer kan op logische gronden niet voorkomen . : het cijfer is onbekend, onvoldoende betrouwbaar of geheim * : voorlopige cijfers ** : nader voorlopige cijfers 3. KOPPELINGEN NAAR RELEVANTE TABELLEN EN ARTIKELEN Relevante tabellen: Koopkracht personen; persoonskenmerken Voor de periodes 1977-2000 en 2001-2015 zijn soortgelijke gegevens beschikbaar. Wegens verschillen in wijze van samenstelling zijn deze niet geheel vergelijkbaar met uitkomsten van latere jaren: Dynamische koopkrachtontwikkeling (1977-2000) Dynamische koopkrachtontwikkeling (2001-2015) Relevante artikelen: Wat is mijn koopkracht? Meten van koopkrachtontwikkeling Materiële welvaart in Nederland Meer informatie is te vinden op de themapagina Inkomen en bestedingen. 4. BRONNEN EN METHODEN De onderzoeksmethode van deze tabel is te vinden in de onderzoeksbeschrijving Integraal inkomens- en vermogensonderzoek. 5. MEER INFORMATIE Infoservice Copyright (c) Centraal Bureau voor de Statistiek, Den Haag/Heerlen Verveelvoudiging is toegestaan, mits CBS als bron wordt vermeld.
-
Onderwerpen
-
Mediane koopkrachtontwikkeling
Het gestandaardiseerd besteedbaar huishoudensinkomen gedefleerd met behulp van de consumentenprijsindex, waardoor inkomens in de tijd vergelijkbaar worden. Indien het gestandaardiseerde inkomen sterker stijgt dan de prijzen, neemt de koopkracht toe. De koopkracht wordt gebruikt om de (reële) ontwikkeling van het inkomen vast te stellen, maar kan ook worden gebruikt voor het vaststellen van (ontwikkelingen in) welvaartsverschillen tussen huishoudens. De koopkrachtontwikkeling is de verandering in koopkracht in twee opeenvolgende jaren. De mediane koopkrachtontwikkeling is de middelste van de naar grootte gerangschikte veranderingen in koopkracht van personen. Dit betekent dat precies de helft van de populatie een lagere of even grote verandering in koopkracht ondervindt.
-
Personen met koopkrachtdaling
Percentage van de geselecteerde (sub)populatie dat er in koopkracht op achteruit gaat.
-
Personen met koopkrachtstijging
Percentage van de geselecteerde (sub)populatie dat er in koopkracht op vooruit gaat.
-
Koopkrachtontwikkeling (percentielen)
De koopkrachtontwikkelingen zijn gerangschikt van laag naar hoog. Percentielen geven de koopkrachtontwikkeling aan waar beneden een bepaald percentage van de bevolking zich bevindt.
-
20e percentiel
De koopkrachtontwikkeling waarvoor geldt dat 20 procent van de populatie een lagere of even grote koopkrachtontwikkeling ondervindt.
-
40e percentiel
De koopkrachtontwikkeling waarvoor geldt dat 40 procent van de populatie een lagere of even grote koopkrachtontwikkeling ondervindt.
-
60e percentiel
De koopkrachtontwikkeling waarvoor geldt dat 60 procent van de populatie een lagere of even grote koopkrachtontwikkeling ondervindt.
-
80e percentiel
De koopkrachtontwikkeling waarvoor geldt dat 80 procent van de populatie een lagere of even grote koopkrachtontwikkeling ondervindt.
-
-
-
Huishoudenskenmerken
-
Totaal personen
-
Type: Eenpersoonshuishouden
Particulier huishouden bestaande uit één persoon.
-
Type: Eenoudergezin
Particulier huishouden bestaande uit één ouder met één of meer thuiswonende kinderen.
-
Type: Paar, zonder kind
Particulier huishouden bestaande uit twee personen die samen een paar vormen, zonder thuiswonende kinderen.
-
Type: Paar, met kind(eren)
Particulier huishouden bestaande uit twee personen die samen een paar vormen, met één of meer thuiswonende kinderen.
-
Bron: Inkomen als werknemer
Huishoudens waarvoor het loon van werknemer de voornaamste inkomensbron vormt.
-
Bron: Inkomen als zelfstandige (totaal)
Huishoudens waarvoor het inkomen als zelfstandig ondernemer, directeur-grootaandeelhouder en overig zelfstandige de voornaamste inkomensbron vormt.
-
Bron: Inkomen als zelfstandig ondernemer
Huishoudens waarvoor de winst van zelfstandig ondernemer de voornaamste inkomensbron vormt.
-
Bron: Uitkering pensioen
Huishoudens waarvoor een uitkering inkomensverzekering wegens pensioen of inkomen uit vermogen de voornaamste inkomensbron vormt.
-
Bron: Uitkering bijstand
Huishoudens waarvoor een uitkering sociale voorziening (bijstandsuitkering) de voornaamste inkomensbron vormt.
-
-
Perioden
-
2020
-
2021
-
2022
-
2023*
Voorlopige cijfers
-
Toon opties
Perioden
2023*
Huishoudenskenmerken
Bron: Inkomen als werknemer
Bron: Inkomen als zelfstandige (totaal)
Bron: Inkomen als zelfstandig ondernemer
Bron: Uitkering pensioen
Bron: Uitkering bijstand
Type: Paar, met kind(eren)
Type: Paar, zonder kind
Type: Eenpersoonshuishouden
Type: Eenoudergezin
Totaal personen
Variabelen kunnen gesleept worden naar de kop, rijen of kolommen van de tabel. In de kop is maar één item van een variabele te selecteren.
| |||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Mediane koopkrachtontwikkeling | Personen met koopkrachtdaling | Personen met koopkrachtstijging | Koopkrachtontwikkeling (percentielen) 20e percentiel | 40e percentiel | 60e percentiel | 80e percentiel | ||
% | |||||||||
Totaal personen | 2020 | 2,5 | 32,0 | 68,0 | -5,6 | 1,2 | 4,8 | 13,4 | |
2021 | 1,4 | 41,8 | 58,2 | -5,8 | -0,2 | 3,7 | 13,0 | ||
2022 | -1,1 | 54,5 | 45,5 | -8,4 | -2,9 | 1,5 | 9,6 | ||
2023* | 0,3 | 47,9 | 52,1 | -7,1 | -1,2 | 2,1 | 9,3 | ||
Type: Eenpersoonshuishouden | 2020 | 1,7 | 24,3 | 75,7 | -1,5 | 1,3 | 2,4 | 7,9 | |
2021 | 0,1 | 46,6 | 53,4 | -2,3 | -0,2 | 1,1 | 7,2 | ||
2022 | -1,3 | 55,2 | 44,8 | -4,8 | -2,6 | 1,5 | 6,5 | ||
2023* | -0,1 | 51,0 | 49,0 | -4,8 | -1,1 | 0,9 | 5,1 | ||
Type: Eenoudergezin | 2020 | 2,7 | 33,2 | 66,8 | -5,8 | 1,3 | 5,0 | 13,8 | |
2021 | 2,1 | 38,0 | 62,0 | -5,7 | 0,3 | 4,5 | 13,9 | ||
2022 | 1,1 | 45,9 | 54,1 | -7,4 | -1,5 | 3,5 | 12,1 | ||
2023* | 3,4 | 34,4 | 65,6 | -5,1 | 1,4 | 5,5 | 13,7 | ||
Type: Paar, zonder kind | 2020 | 1,4 | 31,5 | 68,5 | -3,7 | 0,8 | 2,4 | 8,1 | |
2021 | 0,1 | 49,4 | 50,6 | -3,9 | -0,6 | 1,4 | 7,9 | ||
2022 | -2,8 | 65,7 | 34,3 | -6,9 | -3,5 | -1,3 | 4,5 | ||
2023* | -0,5 | 55,3 | 44,7 | -5,7 | -1,7 | 0,5 | 4,7 | ||
Type: Paar, met kind(eren) | 2020 | 4,8 | 29,9 | 70,1 | -4,2 | 2,6 | 7,2 | 15,1 | |
2021 | 3,3 | 34,4 | 65,6 | -4,9 | 1,2 | 5,7 | 14,3 | ||
2022 | 0,3 | 48,8 | 51,2 | -7,6 | -1,9 | 2,7 | 11,0 | ||
2023* | 1,3 | 43,1 | 56,9 | -6,3 | -0,6 | 3,5 | 10,3 | ||
Bron: Inkomen als werknemer | 2020 | 4,4 | 29,4 | 70,6 | -3,8 | 2,5 | 6,5 | 14,0 | |
2021 | 2,8 | 34,6 | 65,4 | -4,7 | 1,0 | 5,0 | 13,2 | ||
2022 | -0,4 | 51,7 | 48,3 | -7,5 | -2,2 | 1,9 | 9,8 | ||
2023* | 1,1 | 44,3 | 55,7 | -6,1 | -0,8 | 3,2 | 10,3 | ||
Bron: Inkomen als zelfstandige (totaal) | 2020 | 3,2 | 42,4 | 57,6 | -15,4 | -1,1 | 7,9 | 23,5 | |
2021 | 2,4 | 43,8 | 56,2 | -12,9 | -1,4 | 6,9 | 22,5 | ||
2022 | -1,4 | 53,4 | 46,6 | -16,5 | -5,1 | 3,0 | 18,3 | ||
2023* | -1,8 | 56,4 | 43,6 | -14,5 | -4,8 | 1,0 | 10,3 | ||
Bron: Inkomen als zelfstandig ondernemer | 2020 | 4,3 | 40,9 | 59,1 | -13,0 | -0,4 | 9,4 | 24,8 | |
2021 | 2,7 | 43,7 | 56,3 | -12,5 | -1,6 | 7,5 | 22,9 | ||
2022 | -1,3 | 52,9 | 47,1 | -16,4 | -5,5 | 3,4 | 18,1 | ||
2023* | -1,2 | 54,6 | 45,4 | -15,5 | -4,5 | 1,5 | 10,6 | ||
Bron: Uitkering pensioen | 2020 | 1,1 | 27,6 | 72,4 | -2,0 | 0,8 | 1,5 | 3,3 | |
2021 | -0,3 | 59,0 | 41,0 | -2,3 | -0,6 | 0,0 | 3,3 | ||
2022 | -3,0 | 71,5 | 28,5 | -5,2 | -3,4 | -2,4 | 2,7 | ||
2023* | -0,6 | 57,6 | 42,4 | -4,3 | -1,4 | 0,2 | 2,5 | ||
Bron: Uitkering bijstand | 2020 | 1,7 | 24,4 | 75,6 | -1,5 | 1,4 | 2,2 | 7,2 | |
2021 | 0,3 | 47,4 | 52,6 | -1,7 | -0,3 | 1,9 | 8,2 | ||
2022 | 4,7 | 20,2 | 79,8 | -0,1 | 3,5 | 5,5 | 8,8 | ||
2023* | 2,2 | 28,1 | 71,9 | -1,2 | 1,1 | 3,9 | 9,1 |
Bron: CBS