Overheidsfinanciën; kerncijfers 1995-2023
Gewijzigd op: 19 juni 2024
- Lijngrafiek
- Verticale staaf
- Horizontale staaf
- Let op: selectie wordt aangepast
Grafische presentatie
Delen
Gekopieerd naar klembord
- Tabeltoelichting
- Onderwerpen/classificaties
Tabelinformatie
Overheidsfinanciën; kerncijfers 1995-2023
INHOUDSOPGAVE 1. Toelichting 2. Definities en verklaring van symbolen 3. Koppelingen naar relevante tabellen en artikelen 4. Bronnen en methoden 5. Meer informatie 1. TOELICHTING Deze tabel bevat enkele belangrijke gegevens over de financiën van de sector overheid. De gebruikte begrippen sluiten aan bij de Nationale rekeningen. De Nationale rekeningen zijn gebaseerd op de internationale definities van het Europees Systeem van Rekeningen (ESR 2010). Het transactiemoment bepaalt het moment van boeken. Er kunnen tijdelijke verschillen met de publicaties van de Nationale rekeningen optreden doordat de gepubliceerde cijfers van de overheidsrekeningen soms actueler zijn. In deze publicatie is er een verschil doordat geactualiseerde informatie over de Noodmaatregel Overbrugging Werkgelegenheid (NOW) tijdelijk anders is verwerkt in de nationale rekeningen dan in de overheidsrekeningen. De nationale rekeningen sluiten weer aan op de overheidsrekeningen per 24 juni 2024. Gegevens beschikbaar vanaf: Jaargegevens van 1995 tot en met 2023, kwartaalgegevens van 1999 tot en met 2023. Status van de cijfers: De cijfers in deze tabel hebben voor de periode 1995-2020 de status definitief. De kwartalen van 2021 hebben de status voorlopig. De jaarcijfers van 2021 hebben de status definitief. De cijfers van 2022 en 2023 hebben de status voorlopig. Aangezien deze tabel is stopgezet, worden de gegevens niet meer definitief gemaakt. Wijzigingen per 24 juni 2024: Geen, deze tabel is stopgezet. Wanneer komen er nieuwe cijfers? Niet meer van toepassing. Deze tabel wordt opgevolgd door Overheidsfinanciën; kerncijfers. Zie paragraaf 3. 2. DEFINITIES EN VERKLARING VAN SYMBOLEN Definities: Sector overheid De overheid bestaat ten eerste uit eenheden die uitvoerende, wetgevende en rechterlijke bevoegdheden op nationaal of regionaal niveau hebben. Zij hebben daarmee de bevoegdheid belastingen en andere verplichte heffingen op te leggen en wetten vast te stellen die het gedrag van economische eenheden beïnvloeden. Het gaat hierbij in Nederland om het Rijk, gemeenten, provincies, waterschappen en dergelijke. Daarnaast worden die instellingen tot de overheid gerekend die gecontroleerd worden door de eerder genoemde eenheden, én daarbij niet voor de markt produceren. De sector overheid bestaat uit drie subsectoren: centrale overheid, lokale overheid en socialezekerheidsfondsen. Seizoencorrectie: Seizoensinvloeden omvatten elk patroon dat op een regelmatige basis terugkeert in dezelfde periode van elk jaar. De aanwezigheid van seizoensinvloeden in tijdreeksen bemoeilijkt het herkennen van de groeitrend van de cijfers. Bij de seizoencorrectie worden deze invloeden in een tijdreeks gekwantificeerd en verwijderd. Mede dankzij correcties voor seizoensinvloeden kunnen conclusies worden getrokken over trends en omslagpunten in de tijdreeksen. Voor een uitgebreide uitleg over de definitie van de sector overheid zie paragraaf 4. Bronnen en methoden. Verklaring van symbolen: niets (blanco) : het cijfer kan op logische gronden niet voorkomen . : het cijfer is onbekend, onvoldoende betrouwbaar of geheim * : voorlopige cijfers ** : nader voorlopige cijfers 3. KOPPELINGEN NAAR RELEVANTE TABELLEN EN ARTIKELEN Relevante tabellen: De tabel wordt opgevolgd door tabel: Overheidsfinanciën; kerncijfers. Na afloop van een verslagkwartaal wordt na 45 dagen een eerste snelle kwartaalraming, de zogenoemde flashraming, gepubliceerd van de overheidsconsumptie. Deze informatie kunt u vinden in de tabellen: Bbp, productie en bestedingen; kwartalen, waarden, Nationale rekeningen en Bbp, productie en bestedingen; kwartalen, mutaties, Nationale rekeningen. Het CBS publiceert ook over macro-economische statistieken en gegevens volgens de eigen administratie van de overheid. Relevante artikelen: Informatie over het revisiebeleid en de publicatiestrategie van de overheidsrekeningen en Nationale rekeningen. Het nieuwsbericht Overheidsfinanciën, vierde kwartaal 2023 bevat een toelichting over de cijfers van het vierde kwartaal van 2023. Meer informatie is te vinden op de themapagina Overheid en politiek. 4. BRONNEN EN METHODEN De onderzoeksmethode van deze tabel is te vinden in de onderzoeksbeschrijving Overheidsfinanciën, macro-economisch. De methode voor seizoencorrectie staat beschreven in de lange onderzoeksomschrijving Seizoen- en werkdagcorrectie op macro-economische kwartaalcijfers. https://www.cbs.nl/nl-nl/onze-diensten/methoden/onderzoeksomschrijvingen/aanvullende-onderzoeksomschrijvingen/seizoen-en-werkdagcorrectie-op-macro-economische-kwartaalcijfers Voor een uitgebreide uitleg over de definitie van de sector overheid zie Lijst instellingen sector overheid. De onderzoeksmethode van de materiële overheidconsumptie is te vinden in de onderzoeksbeschrijving Index Materiële overheidsconsumptie (IMOC). 5. MEER INFORMATIE Infoservice Copyright © Centraal Bureau voor de Statistiek, Den Haag/Heerlen. Verveelvoudiging is toegestaan, mits het CBS als bron wordt vermeld.
-
Onderwerpen
-
Kerncijfers (in mln euro)
Enkele belangrijke gegevens over de financiën van de sector overheid.
-
Overheidsinkomsten
De inkomsten van de sector overheid bestaan uit belastinginkomsten, ontvangen sociale premies, inkomsten uit productieactiviteiten, overige lopende inkomsten en ontvangen kapitaaloverdrachten. Het transactiemoment bepaalt het moment van boeken.
-
Overheidsuitgaven
De uitgaven van de sector overheid bestaan uit intermediair verbruik, beloning van werknemers, betaalde rente, sociale uitkeringen en (aangekochte) natura overdrachten, betaalde subsidies, overige lopende uitgaven en overige kapitaaluitgaven. Het transactiemoment bepaalt het moment van boeken.
-
Overheidssaldo
Het saldo van uitgaven en inkomsten van de overheid. Dit is gelijk aan het vorderingensaldo van de sector overheid in de nationale rekeningen. Het overheidssaldo wordt vaak als percentage van het bruto binnenlands product (bbp) gepresenteerd. Het overheidssaldo (ook wel EMU-saldo genoemd) is één van de onderdelen van het Stabiliteits- en Groeipact. Een positief getal betekent een overschot en een negatief getal een tekort.
-
Overheidsschuld (EMU)
De geconsolideerde schuld van de overheid, exclusief de transitorische schuld en de schuld op de titel financiële derivaten. Geconsolideerd wil zeggen dat schulden tussen overheden onderling niet meetellen in de schuld van de overheid. De schuldtitels zijn gewaardeerd tegen nominale waarde. De overheidsschuld wordt vaak als percentage van het bruto binnenlands product gepresenteerd. Door het verschil in waarderingsgrondslag is de som van de schuldtitels van de overheidsschuld (nominaal) niet gelijk aan de som van de schuldtitels in de nationale rekeningen (marktwaarde). De schuld bestaat uit de titels: deposito's, kortlopende schuldbewijzen, langlopende schuldbewijzen, kortlopende leningen en langlopende leningen. De overheidsschuld (ook wel EMU-schuld genoemd) is één van de onderdelen van het Stabiliteits- en Groeipact. EMU staat voor Economische en Monetaire Unie.
-
Collectieve lasten
De overheidsinkomsten uit belastingen (D2+D5+D91) en wettelijke premies (D611+D613). Dit wordt ook de collectieve lasten genoemd. Dit bevat niet de toegerekende sociale premies ten laste van werkgevers.
-
Overheidsconsumptie
Uitgaven door de sector overheid voor goederen en diensten die worden gebruikt voor de rechtstreekse bevrediging van individuele of collectieve behoeften van leden van de gemeenschap. De consumptie van de overheid kan op verschillende manieren worden uitgesplitst, namelijk naar soort (consumptie van eigen productie en sociale uitkeringen in natura), naar bedrijfstak (algemeen bestuur, gesubsidieerd onderwijs en overig) en naar subsector (centrale overheid, lokale overheid en sociale verzekeringen).
-
-
Memorandum items (in mln euro)
Enkele memorandum gegevens over de financiën van de sector overheid.
-
Netto besparingen
Het gedeelte van het beschikbaar inkomen dat niet voor consumptieve bestedingen is gebruikt. Doorgaans wordt voor de nationale besparingen het netto-begrip gebruikt, dat wil zeggen: na aftrek van het verbruik van vaste activa.
-
Saldo netto besp. en kapitaaloverdr.
Saldo van netto besparingen en kapitaaloverdrachten. Dit geeft het vermogenssaldo van de sector op basis van de netto besparingen en het saldo van de kapitaaloverdrachten (kapitaalrekening).
-
Aardgasbaten
Aardgasbaten zijn inkomsten van de Rijksoverheid in verband met de exploratie, winning en verkoop van aardgas en aardolie in Nederland. Deze inkomsten bestaan uit (1) concessierechten voor de exploitatie van aardgas- en aardolievelden op basis van de Mijnbouwwet, (2) inkomsten uit de Meeropbrengst Regeling Groningen (MOR) tussen de Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM), Energie Beheer Nederland (EBN) en de Staat, (3) winstuitkeringen van EBN en GasTerra en (4) vennootschapsbelasting van de bedrijven die de aardgas- en aardolievelden exploiteren.
-
-
Kerncijfers (in % bbp)
Enkele belangrijke gegevens over de financiën van de sector overheid, uitgedrukt als percentage van het bruto binnenlands product (bbp). Het bruto binnenlands product (marktprijzen) is het eindresultaat van de productieve activiteiten van de ingezeten productie-eenheden. Het is gelijk aan de toegevoegde waarde tegen basisprijzen van alle bedrijfsklassen samen, aangevuld met enkele transacties die niet naar bedrijfsklassen worden verdeeld.
-
Overheidsinkomsten
Inkomsten van de sector overheid uitgedrukt als percentage van het bruto binnenlands product (bbp). De inkomsten van de sector overheid bestaan uit belastinginkomsten, ontvangen sociale premies, inkomsten uit productieactiviteiten, overige lopende inkomsten en ontvangen kapitaaloverdrachten. Inkomsten per kwartaal in procenten van het bbp zijn een voortschrijdend jaartotaal. Ze worden berekend als de som van de inkomsten in het verslagkwartaal plus de drie voorafgaande kwartalen, gedeeld door de som van het bbp in het verslagkwartaal plus de drie voorafgaande kwartalen. Het cijfer voor het vierde kwartaal is gelijk aan het jaarcijfer.
-
Overheidsuitgaven
Uitgaven door de sector overheid uitgedrukt als percentage van het bruto binnenlands product (bbp). De uitgaven van de sector overheid bestaan uit intermediair verbruik, beloning van werknemers, betaalde rente, sociale uitkeringen en (aangekochte) natura overdrachten, betaalde subsidies, overige lopende uitgaven en overige kapitaaluitgaven. Uitgaven per kwartaal in procenten van het bbp zijn een voortschrijdend jaartotaal. Ze worden berekend als de som van de uitgaven in het verslagkwartaal plus de drie voorafgaande kwartalen, gedeeld door de som van het bbp in het verslagkwartaal plus de drie voorafgaande kwartalen. Het cijfer voor het vierde kwartaal is gelijk aan het jaarcijfer.
-
Overheidssaldo
Het saldo van uitgaven en inkomsten van de overheid, uitgedrukt als percentage van het bruto binnenlands product (bbp). Dit is gelijk aan het vorderingensaldo van de sector overheid in de nationale rekeningen. Het overheidssaldo (ook wel EMU-saldo genoemd) is één van de onderdelen van het Stabiliteits- en Groeipact. Een positief getal betekent een overschot en een negatief getal een tekort. Het bbp is het eindresultaat van de productieve activiteiten van de ingezeten productie-eenheden. Het is gelijk aan de toegevoegde waarde tegen basisprijzen van alle bedrijfsklassen samen, aangevuld met enkele transacties die niet naar bedrijfsklassen worden verdeeld. Het overheidssaldo per kwartaal in procenten van het bbp is een voortschrijdend jaartotaal. Het wordt berekend als de som van het overheidssaldo in het verslagkwartaal plus de drie voorafgaande kwartalen, gedeeld door de som van het bbp in het verslagkwartaal plus de drie voorafgaande kwartalen. Het cijfer voor het vierde kwartaal is gelijk aan het jaarcijfer.
-
Overheidsschuld (EMU)
De overheidsschuld (EMU) uitgedrukt als percentage van het bruto binnenlands product (bbp). De geconsolideerde schuld van de overheid, exclusief de transitorische schuld en de schuld op de titel financiële derivaten, uitgedrukt als percentage van het bruto binnenlands product (bbp). Geconsolideerd wil zeggen dat schulden tussen overheden onderling niet meetellen in de schuld van de overheid. De schuldtitels zijn gewaardeerd tegen nominale waarde. De overheidsschuld als percentage van het bbp heet ook wel de schuldquote. Door het verschil in waarderingsgrondslag is de som van de schuldtitels van de overheidsschuld (nominaal) niet gelijk aan de som van de schuldtitels in de nationale rekeningen (marktwaarde). De schuld bestaat uit de titels: deposito's, kortlopende schuldbewijzen, langlopende schuldbewijzen, kortlopende leningen en langlopende leningen. De overheidsschuld (ook wel EMU-schuld genoemd) is één van de onderdelen van het Stabiliteits-en Groeipact. EMU staat voor Economische en Monetaire Unie. Het bbp is het eindresultaat van de productieve activiteiten van de ingezeten productie-eenheden. Het is gelijk aan de toegevoegde waarde tegen basisprijzen van alle bedrijfsklassen samen, aangevuld met enkele transacties die niet naar bedrijfsklassen worden verdeeld. De overheidsschuld per kwartaal in procenten van het bbp is een voortschrijdend jaartotaal. Het wordt berekend als de overheidsschuld aan het eind van het verslagkwartaal, gedeeld door de het bbp in het verslagkwartaal plus de drie voorafgaande kwartalen. Het cijfer voor het vierde kwartaal is gelijk aan het jaarcijfer.
-
Collectieve lasten
De collectieve lasten uitgedrukt als percentage van het bruto binnenlands product (bbp). Dit zijn de overheidsinkomsten uit belastingen (D2+D5+D91) en wettelijke premies (D611+D613). De collectieve lasten bevatten niet de toegerekende sociale premies ten laste van werkgevers. De collectieve lasten per kwartaal in procenten van het bbp zijn een voortschrijdend jaartotaal. Ze worden berekend als de som van de collectieve lasten in het verslagkwartaal plus de drie voorafgaande kwartalen, gedeeld door de som van het bbp in het verslagkwartaal plus de drie voorafgaande kwartalen. Het cijfer voor het vierde kwartaal is gelijk aan het jaarcijfer.
-
Overheidsconsumptie
De consumptie van de overheid uitgedrukt als percentage van het bruto binnenlands product (bbp). Uitgaven door de sector overheid voor goederen en diensten die worden gebruikt voor de rechtstreekse bevrediging van individuele of collectieve behoeften van leden van de gemeenschap. De consumptie van de overheid per kwartaal in procenten van het bbp is een voortschrijdend jaartotaal. Het wordt berekend als de som van de overheidsconsumptie in het verslagkwartaal plus de drie voorafgaande kwartalen, gedeeld door de som van het bbp in het verslagkwartaal plus de drie voorafgaande kwartalen. Het cijfer voor het vierde kwartaal is gelijk aan het jaarcijfer.
-
-
Memorandum items (in % bbp)
Enkele memorandum gegevens over de financiën van de sector overheid uitgedrukt als percentage van het bruto binnenlands product (bbp). Het bruto binnenlands product (marktprijzen) is het eindresultaat van de productieve activiteiten van de ingezeten productie-eenheden. Het is gelijk aan de toegevoegde waarde tegen basisprijzen van alle bedrijfsklassen samen, aangevuld met enkele transacties die niet naar bedrijfsklassen worden verdeeld.
-
Netto besparingen
De netto besparingen uitgedrukt als percentage van het bruto binnenlands product (bbp). Het gedeelte van het beschikbaar inkomen dat niet voor consumptieve bestedingen is gebruikt. Doorgaans wordt voor de nationale besparingen het netto-begrip gebruikt, dat wil zeggen: na aftrek van het verbruik van vaste activa. De netto besparingen per kwartaal in procenten van het bbp zijn een voortschrijdend jaartotaal. Ze worden berekend als de som van de netto besparingen in het verslagkwartaal plus de drie voorafgaande kwartalen, gedeeld door de som van het bbp in het verslagkwartaal plus de drie voorafgaande kwartalen. Het cijfer voor het vierde kwartaal is gelijk aan het jaarcijfer.
-
Saldo netto besp. en kapitaaloverdr.
Het saldo van netto besparingen en kapitaaloverdrachten uitgedrukt als percentage van het bruto binnenlands product (bbp). Dit geeft het vermogenssaldo van de sector op basis van de netto besparingen en het saldo van de kapitaaloverdrachten (kapitaalrekening). Het saldo van netto besparingen en kapitaaloverdrachten per kwartaal in procenten van het bbp is een voortschrijdend jaartotaal. Het wordt berekend als de som van de netto besparingen en kapitaaloverdrachten in het verslagkwartaal plus de drie voorafgaande kwartalen, gedeeld door de som van het bbp in het verslagkwartaal plus de drie voorafgaande kwartalen. Het cijfer voor het vierde kwartaal is gelijk aan het jaarcijfer.
-
Aardgasbaten
Aardgasbaten zijn inkomsten van de Rijksoverheid in verband met de exploratie, winning en verkoop van aardgas en aardolie in Nederland. Deze inkomsten bestaan uit (1) concessierechten voor de exploitatie van aardgas- en aardolievelden op basis van de Mijnbouwwet, (2) inkomsten uit de Meeropbrengst Regeling Groningen (MOR) tussen de Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM), Energie Beheer Nederland (EBN) en de Staat, (3) winstuitkeringen van EBN en GasTerra en (4) vennootschapsbelasting van de bedrijven die de aardgas- en aardolievelden exploiteren.
-
-
Arbeidsvolumes
Arbeidsvolume van werknemers bij de overheid. De hoeveelheid arbeid uitgevoerd door werknemers die in een bepaalde periode is ingezet. Het arbeidsvolume kan worden uitgedrukt in banen, werkzame personen, arbeidsjaren of gewerkte uren. Werknemers zijn personen die in een bepaalde periode arbeid verrichten voor loon of salaris, in geld of in natura.
-
Werkzame personen
Het aantal werkzame personen met een hoofdbaan bij de sector overheid.
-
Arbeidsjaren
Het arbeidsvolume van werknemers in dienst van de overheid uitgedrukt in arbeidsjaren.
-
Gewerkte uren
Het arbeidsvolume van werknemers in dienst van de overheid uitgedrukt in gewerkte uren.
-
-
Prijsontwikkeling
Procentuele verandering van de prijs ten opzichte van het voorgaande jaar.
-
Materiële overheidsconsumptie (IMOC)
De prijsindex van de materiele overheidsconsumptie (IMOC) geeft de prijsontwikkeling weer van het intermediair verbruik (exclusief het verbruik van zorgbemiddelingsdiensten door de socialezekerheidsfondsen en het verbruik van de toegerekende bankdiensten) van de bedrijfstakken openbaar bestuur, gesubsidieerd onderwijs en sociale werkvoorziening.
-
-
-
Perioden
-
2022 4e kwartaal*
Voorlopige cijfers
-
2022*
Voorlopige cijfers
-
2023 1e kwartaal*
Voorlopige cijfers
-
2023 2e kwartaal*
Voorlopige cijfers
-
2023 3e kwartaal*
Voorlopige cijfers
-
2023 4e kwartaal*
Voorlopige cijfers
-
2023*
Voorlopige cijfers
-
Toon opties
Onderwerp
Kerncijfers (in mln euro)Overheidsinkomsten
Overheidsinkomsten
Kerncijfers (in mln euro)Overheidsuitgaven
Overheidsuitgaven
Kerncijfers (in mln euro)Overheidssaldo
Overheidssaldo
Kerncijfers (in mln euro)Overheidsschuld (EMU)
Overheidsschuld (EMU)
Kerncijfers (in mln euro)Collectieve lasten
Collectieve lasten
Kerncijfers (in mln euro)Overheidsconsumptie
Overheidsconsumptie
Memorandum items (in mln euro)Netto besparingen
Netto besparingen
Memorandum items (in mln euro)Saldo netto besp. en kapitaaloverdr.
Saldo netto besp. en kapitaaloverdr.
Memorandum items (in mln euro)Aardgasbaten
Aardgasbaten
Kerncijfers (in % bbp)Overheidsinkomsten
Overheidsinkomsten
Kerncijfers (in % bbp)Overheidsuitgaven
Overheidsuitgaven
Kerncijfers (in % bbp)Overheidssaldo
Overheidssaldo
Kerncijfers (in % bbp)Overheidsschuld (EMU)
Overheidsschuld (EMU)
Kerncijfers (in % bbp)Collectieve lasten
Collectieve lasten
Kerncijfers (in % bbp)Overheidsconsumptie
Overheidsconsumptie
Memorandum items (in % bbp)Netto besparingen
Netto besparingen
Memorandum items (in % bbp)Saldo netto besp. en kapitaaloverdr.
Saldo netto besp. en kapitaaloverdr.
Memorandum items (in % bbp)Aardgasbaten
Aardgasbaten
ArbeidsvolumesWerkzame personen
Werkzame personen
ArbeidsvolumesArbeidsjaren
Arbeidsjaren
ArbeidsvolumesGewerkte uren
Gewerkte uren
PrijsontwikkelingMateriële overheidsconsumptie (IMOC)
Materiële overheidsconsumptie (IMOC)
Horizontale as
Jaren
-
periode
- Jaren
- Kwartalen
Variabelen kunnen gesleept worden naar de kop, rijen of kolommen van de tabel. In de kop is maar één item van een variabele te selecteren.
| |||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| 2022 4e kwartaal* | 2022* | 2023 1e kwartaal* | 2023 2e kwartaal* | 2023 3e kwartaal* | 2023 4e kwartaal* | 2023* | ||
Kerncijfers (in mln euro) Overheidsinkomsten | mln euro | 111 967 | 416 023 | 108 819 | 116 713 | 103 272 | 117 097 | 445 901 | |
Overheidsuitgaven | mln euro | 113 551 | 416 921 | 105 508 | 116 341 | 108 963 | 118 638 | 449 450 | |
Overheidssaldo | mln euro | -1 584 | -898 | 3 311 | 372 | -5 691 | -1 541 | -3 549 | |
Overheidsschuld (EMU) | mln euro | 480 548 | 480 548 | 474 369 | 469 964 | 466 907 | 480 671 | 480 671 | |
Collectieve lasten | mln euro | 97 954 | 363 868 | 97 449 | 104 591 | 92 387 | 104 687 | 399 114 | |
Overheidsconsumptie | mln euro | 64 558 | 240 500 | 61 118 | 65 450 | 65 297 | 69 730 | 261 595 | |
Memorandum items (in mln euro) Netto besparingen | mln euro | -946 | 2 633 | 3 229 | 3 470 | -4 800 | 946 | 2 845 | |
Saldo netto besp. en kapitaaloverdr. | mln euro | -2 371 | 190 | 2 892 | 595 | -5 058 | -1 131 | -2 702 | |
Aardgasbaten | mln euro | . | 5 039 | . | . | . | . | 3 805 | |
Kerncijfers (in % bbp) Overheidsinkomsten | in % bbp | 43,4 | 43,4 | 43,1 | 43,2 | 43,2 | 43,1 | 43,1 | |
Overheidsuitgaven | in % bbp | 43,5 | 43,5 | 43,4 | 43,7 | 43,6 | 43,5 | 43,5 | |
Overheidssaldo | in % bbp | -0,1 | -0,1 | -0,4 | -0,5 | -0,4 | -0,3 | -0,3 | |
Overheidsschuld (EMU) | in % bbp | 50,1 | 50,1 | 48,3 | 46,9 | 45,8 | 46,5 | 46,5 | |
Collectieve lasten | in % bbp | 38,0 | 38,0 | 37,6 | 38,1 | 38,5 | 38,6 | 38,6 | |
Overheidsconsumptie | in % bbp | 25,1 | 25,1 | 25,0 | 25,0 | 25,2 | 25,3 | 25,3 | |
Memorandum items (in % bbp) Netto besparingen | in % bbp | 0,3 | 0,3 | -0,1 | 0,1 | 0,1 | 0,3 | 0,3 | |
Saldo netto besp. en kapitaaloverdr. | in % bbp | 0,0 | 0,0 | -0,3 | -0,4 | -0,4 | -0,3 | -0,3 | |
Aardgasbaten | in % bbp | . | 0,5 | . | . | . | . | 0,4 | |
Arbeidsvolumes Werkzame personen | aantal x 1 000 | . | 1 209 | . | . | . | . | . | |
Arbeidsjaren | aantal x 1 000 | . | 1 044 | . | . | . | . | . | |
Gewerkte uren | mln uren | . | 1 664 | . | . | . | . | . | |
Prijsontwikkeling Materiële overheidsconsumptie (IMOC) | % | . | 7,7 | . | . | . | . | . |
Bron: CBS